Ada de Jong

Mevrouw….”, klonk het aan de andere kant van de lijn, “weet meneer dat u belt? Het is namelijk niet toegestaan informatie met u te delen zonder zijn medeweten. Tekst: Dorine ten Doeschot

Op een warme dag zit ik met mijn collega Ada de Jong op het terras. Ik heb haar uitgenodigd voor een gesprek over Eenzaamheid. Of ik moet eigenlijk zeggen, het signaleren van eenzaamheid. Door het delen van haar bezigheden, activiteiten en interesses valt me op hoe behulpzaam ze is voor haar omgeving. Actief in de wijk en ook zeker oprecht geïnteresseerd in de mensen om haar heen. Wat maakt dat zij ook zoveel zicht heeft op mensen die eenzaamheid ervaren? Hoe klinken die signalen van eenzaamheid? Of nog belangrijker, hoe kan eenzaamheid worden verminderd?

Participatiemaatschappij
Ada vertelt me het verhaal van haar oom, die na een opname weer thuis was komen te wonen. “Ik pakte de telefoon en belde het maatschappelijk werk. Ik uitte mijn zorgen. Hij liep nog amper zelfstanding en bracht zijn dagen, eigenlijk zonder uitzondering, alleen door. Wat als hij van de trap valt? Wat als hulp te laat komt? “Mevrouw…”, klonk het aan de andere kant van de lijn, “weet meneer dat u belt? Het is namelijk niet toegestaan informatie met u te delen zonder zijn medeweten.”

“En daar sta je dan weer met de telefoon in je hand. Nee, hij weet het niet. Mijn oom is een zorgmijder en niet altijd benaderbaar. Ik moet denken aan de ‘participatiemaatschappij’, een woord dat politici maar wat graag gebruiken. En ik weet even niet meer hoe ze dat bedoelen.”

Buurtcontacten
Ada vertelt ook over haar betrokkenheid bij buurtgenoten: “We wonen in een vrij hechte buurt. We hebben een buurt-Whatsappgroep, een jaarlijkse barbecue en verjaardagen laten we ook niet ongemerkt voorbijgaan. Mooi voorbeeld was laatst nog, toen ik tegen een alleenstaande buurman quasi-luchtig zei dat we er eigenlijk ook wel naar uitkeken om eens voor zíjn verjaardag uitgenodigd te worden. Wat bleek, hij had graag de buurt uitgenodigd, maar zag er ook tegen op alle voorbereidingen in zijn eentje te treffen. Een beetje hulp daarbij was al genoeg om als buurt alsnog te proosten op een mooi jaar voor hem.”

“Als iemand hulp nodig heeft, zijn we er voor elkaar. Toch bereiken we niet iedereen. Maar dat hoeft ook niet. Bij de een is een klein duwtje genoeg om ‘erbij’ te horen. Een ander voelt zich prettig als hij ‘met rust’ gelaten wordt. Voor hem is groeten op straat, als hij zijn hond uitlaat, voldoende. De sleutel is toch altijd de openheid, het gesprek en begrip opzoeken.”

“Gezien worden. Er toe doen. Het zit hem in de kleinste dingen.”

Hoe gaat het met je?
“Als ik om me heen kijk, kan ik best zeggen dat er veel kwetsbare mensen zijn in de samenleving. Dan helpt een assertieve omgeving daarbij. Eenzaamheid is niet op te lossen voor de ander. Maar een duwtje in de goede richting kan wel net het verschil maken. De simpele vraag ‘Hoe gaat het?’ bijvoorbeeld. Het is zo’n simpel zinnetje. En toch blijkt elke keer weer – ook tijdens de dialogen voor Zorg Verandert, die ik vanuit mijn werk organiseer – dat de waarde ervan zó groot is. Gezien worden. Er toe doen. Het zit hem in de kleinste dingen.”

Microniveau
Aantekeningen worden lang als je met Ada praat. En thee wordt bijgeschonken. Het thema ‘Eenzaamheid’ pakt haar, en laat haar stralen als ze de ene na de andere ervaring deelt. Maar ook ontroert het haar. “Ik was laatst op vakantie in Zuid-Afrika, zo prachtig. Maar als ik stil sta bij het feit dat tegelijkertijd zoveel mensen op de vlucht zijn, alles verlatend, zoekend, dan voel ik me machteloos. Ik probeer me dus voornamelijk op microniveau in te zetten. Om een bijdrage te kunnen leveren die impact genereert. Dat mijn handelen daar uitstraalt, zodat ik misschien net een klein verschil kan maken.”

Geef het door…
Een lezing die Ada ooit bijwoonde, vormt nog steeds een inspiratiebron voor haar. Ada’s verhaal daarover wordt de inspiratie die ik vandaag mee naar huis neem. De spreker vertelde dat hij iemand hielp, zowel financieel als met zorg en aandacht, iemand die het hard nodig had. Nooit wilde hij daar iets voor terug. Hij vroeg slechts aan de vrouw: mocht je ooit in een betere situatie verkeren, financieel en mentaal, geef jouw steun dan door aan iemand die het hard nodig heeft. Ik hoef het niet te weten, dit is je eigen besluit, zo zei hij. Met zijn lezing gaf hij zijn inspiratie door aan Ada. En Ada gaf haar steun aan een jonge vrouw, die inmiddels in staat is iemand anders tot steun te zijn. De thee is bijna op. De volgende afspraken wachten. Mijn notitieblok is vol. Mijn inspiratie gevoed

Share This

Deel dit

Deel dit bericht met je vrienden